Minister van Onderwijs Dennis Wiersma stuurde op 1 september een brief naar het parlement, waar hij de afgevaardigden informeerde over de financiering van het onderwijsproces voor Oekraïense kinderen voor het lopende academische jaar. Het kabinet gaat gemeenten ondersteunen bij het organiseren van lessen voor schoolgaande migranten uit Oekraïne door hiervoor middelen uit de rijksbegroting beschikbaar te stellen.
Oekraïense schoolkinderen in Nederland
Volgens overheidsgegevens staan sinds het begin van de oorlog 75 Oekraïense vluchtelingen geregistreerd in de Nederlandse BRP (Basisregistratie Personen). Onder hen zijn ongeveer 000 duizend kinderen en jongeren die recht hebben op onderwijs. Scholen hebben lessen voor hen georganiseerd. In veel gevallen is het nodig om extra tijdelijke lokalen uit te rusten.
Gemeentelijke uitgaven
Gemeenten (hemementen, gemeenten) moeten in korte tijd en buiten de geaccepteerde budgetten klaslokalen inrichten. Daarom stelt de overheid middelen beschikbaar voor de behoeften van de gemeenten.
Eerder was het kabinet van plan om voor deze uitgaven tot december 2022 geld beschikbaar te stellen, maar nu is besloten deze periode te verlengen tot in ieder geval de zomervakantie van 2023. Op basis hiervan kan hij het hele schooljaar verzekerd zijn van een goede financiering.
Verdeling van fondsen
Op verzoek van Hement worden middelen uit de staatsbegroting toegekend. We hebben het over vergoeding van kosten die ze hebben gemaakt en zullen dragen bij het organiseren van lessen voor Oekraïense schoolkinderen van maart 2022 tot juli 2023.
Hementa kan voor de hele periode (op basis van 90.000 studenten, dus per klas) maximaal 15 euro ontvangen. In totaal trekt het rijk 313.899 miljoen euro uit voor deze doeleinden (154.899 miljoen euro in 2022 en 159 miljoen euro in 2023).
Publicatiedatum: 15.09.2022